Farmaceut Pfizer ziet af van zijn veelbesproken voorgenomen fusie met branchegenoot Allergan in een deal ter waarde van circa 160 miljard dollar (141 miljard euro).

Dat lieten beide bedrijven woensdag weten.

De transactie heeft haar aantrekkelijkheid verloren door nieuwe belastingregels die het Amerikaanse ministerie van Financiën maandag aankondigde. De grootste overname ooit in de farmaceutische sector werd voor een belangrijk deel ingegeven door fiscale motieven.

Allergan wordt weliswaar vanuit de Verenigde Staten aangestuurd, maar heeft zijn juridische basis in de Ierse hoofdstad Dublin. De fusie zou het Amerikaanse Pfizer daardoor een buitenlands adres en een daarmee samenhangend groot belastingvoordeel opleveren.

Het voordeel ontstaat doordat een Amerikaans bedrijf bij de overname van een kleiner buitenlands bedrijf de vestigingsplaats van dat bedrijf kan overnemen. Nu zijn echter wetten in de VS aangekondigd die de mogelijkheden beperken om via deze constructie belastingvoordelen te halen.

Dinsdag verloor Botox-producent Allergan al 15 procent van zijn beurswaarde omdat beleggers vreesden dat de deal met Pfizer, bekend van onder meer Viagra, zou worden afgeblazen. Pfizer moet Allergan een vergoeding van 400 miljoen dollar betalen vanwege het besluit om de fusie niet door te zetten.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl